Om de analogie met een sport- of muziekles aan te houden (lees er hier meer over): wellicht heeft je leraar je ook gesproken over de intentie waarmee je je ding best doet om optimaal resultaat te halen. Maw, je leraar zal je hebben aangespoord je brein actief te gebruiken om je lichamelijke activiteit in te zetten, te begeleiden, te optimaliseren.

In Alexandertechniek is dit niet anders, alleen heeft dit aspect een cruciale rol in het veranderingsproces.

F.M. Alexander was er immers 120 jaar geleden al van overtuigd dat je lichaam en geest niet kan scheiden, en dat je alleen maar resultaat kan boeken als  je de onlosmakelijke interactie tussen geest en lichaam meeneemt in een veranderingsproces.

Als ik een kop thee wil drinken, heb ik een brein nodig dat instructies geeft om dit te doen. Als ik in een stoel wil gaan zitten, werkt mijn hele lichaam mee. Geen enkele activiteit is louter fysiek; we hebben ons brein nodig om in actie te komen.

Het (anatomische) beeld dat we hebben van ons lichaam, beïnvloedt hoe we bewegen. Ook wat we denken (opinies, emoties, overtuigingen) beïnvloedt onze coördinatie en mentale en fysieke gezondheid.

Met de Alexandertechniek leer je niet alleen hoe je je kan bewegen of houden, maar ook wat de impact is van je denken hierop, of nog hoe je je denken hierin actief kan betrekken. Niet alleen word je beter in wat je doet, ook pijn wordt verlicht en je gaat met minder stress door het leven.

Benieuwd naar meer? Lees hier de vorige aflevering.